De moslimgemeenschap in Nederland heeft een krachtig en principieel standpunt ingenomen tegen imam Youssef uit Alkmaar, die onlangs deelnam aan een bezoek aan “Israël” samen met een delegatie van Europese imams. Tijdens dit bezoek prees hij “Israël” openlijk, zong er lofliederen over en liet zich fotograferen met president Herzog. Dit alles onder het mom van “dialoog” en “vrede”. Voor de moslimgemeenschap is dit niets minder dan verraad: het erkennen, prijzen en normaliseren van de bezetter, terwijl deze op gruwelijke wijze doorgaat met bezetting en genocide op de Palestijnse bevolking.

De reactie van de moslimgemeenschap was helder, krachtig en voorbeeldig. Binnen enkele dagen na het bekend worden van zijn deelname heeft moskee Bilal in Alkmaar de imam ontheven van zijn functie. Deze daad was niet alleen terecht, maar ook noodzakelijk. Het toont aan dat de gemeenschap geen ruimte laat voor misleiding en verraad onder zogenaamde religieuze leiders. Het is een teken van volwassenheid en islamitisch bewustzijn dat ons siert.

Maar dit incident staat niet op zichzelf. Wat deze imam op kleine schaal deed, is precies wat moslimleiders in de islamitische wereld op grote schaal al jaren doen. Zij hebben de bezetter allang erkend, onderhouden politieke en economische betrekkingen met “Israël” en sluiten verdragen zoals de Abraham-akkoorden. De Verenigde Arabische Emiraten, Bahrein, Marokko en Soedan hebben deze akkoorden onlangs ondertekend, waarmee zij de zionistische entiteit normaliseren ondanks de aanhoudende bezetting, onderdrukking, etnische zuivering en genocide. Saudi-Arabië flirt openlijk met normalisatie, terwijl het tegelijkertijd beweert achter de Palestijnen te staan.

De hypocrisie is overduidelijk: deze leiders zeggen de oemma te vertegenwoordigen, maar werken in de praktijk samen met de vijand. Sterker nog, zij zijn de beschermheren van “Israël”. Sommige van deze staten hebben zelfs luchtaanvallen van Iran en Jemen op “Israël” proberen te onderscheppen en delen inlichtingen met Israëlische diensten. Deze leiders vormen daarmee een nog groter gevaar dan figuren als imam Youssef, doordat zij macht, middelen en ogenschijnlijk legitieme posities hebben waarmee zij op grote schaal structureel verraad plegen tegen de belangen van de moslims.

Wat we met deze imam hebben gedaan – hem ontmaskeren, ons van hem distantiëren en hem ontheffen van zijn positie – is exact wat we ook moeten doen met de heersers in de moslimwereld. Deze zogenaamde leiders zijn niet legitiem in de ogen van de islamitische oemma. Zij dienen niet de belangen van de oemma, maar die van buitenlandse, koloniale machten. Het is onze plicht om dit verraad te blijven benoemen, het te ontmaskeren en ons er actief tegen te verzetten.

Het incident rond de Alkmaarse imam moet dan ook een moment van hernieuwde vastberadenheid zijn. Als wij als moslimgemeenschap zo snel en daadkrachtig kunnen optreden tegen verraad in eigen gelederen, dan kunnen en móéten we dat ook doen op het grotere toneel. Door bewustwording te creëren, de plannen van deze verraders bloot te leggen, de banden met de bezetter “Israël” te veroordelen en druk uit te oefenen op elk niveau. Alleen dan laten we zien dat we trouw blijven aan onze broeders en zusters in Palestina en dat wij ons niet laten misleiden door woorden als “vrede”, “staakt-het-vuren” of “tweestatenoplossing” – termen die in werkelijkheid niets anders zijn dan dekmantels voor erkenning van de bezetter, collaboratie en verraad jegens de oemma.

De moslims hebben bij deze imam laten zien waar zij voor staan. Nu is het tijd om diezelfde houding te intensiveren tegenover de leiders die zich al jaren als beschermers van “Israël” opstellen. Zij zijn geen leiders van deze oemma. Zij zijn onderdeel van het probleem. En zoals met elke ziekte dient het herkend, benoemd en bestreden te worden.           

Okay Pala

Directeur media bureau van Hizb ut Tahrir Nederland