Op maandag 11 april 2011, werd het Franse verbod op de gezichtssluier in alle openbare plaatsen van kracht, de Moslimvrouwen criminaliserend, voor zich eenvoudig bescheiden te kleden.

Elke Moslimvrouw die de gezichtssluier draagt in het openaar kan nu worden gedwongen om het af te doen en zal een boete van 150 Euro onder ogen moeten zien of zal worden gedwongen om Franse burgerschapslessen te nemen, terwijl elke man die schuldig bevonden is van druk uit oefenen op hun vrouwelijke familieleden in de adoptie van de niqab een boete van 30.000 Euro of een jaar in de gevangenis onder ogen moet zien.

Door Moslimvrouwen te dwingen zich te ontbloten, heeft de Franse overheid eenvoudig de deficiënties, de zwakheden en de gebreken van het Westerse seculaire liberalisme blootgesteld. De ontkenning van medische behandeling, toegang tot onderwijs, beperking van bewegingsvrijheid, weigering van kindertoeslag, en zodoende de vrouwen die een alternatief standpunt aan de seculaire filosofie innemen een tweede klassenstatus teruggeeft, dit wijst op de godsdienstige apartheid en op de fascistische aard van Frans seculair fundamentalisme of ‘laicité’. Het heeft zich als een onverdraagzame ideologie getoond waar de vrouwen eenvoudig van de maatschappij afgezonderd zijn simpel voor het uitdrukken van bescheidenheid, waar al het gepraat over de rechten van de mens duidelijk een verzinsel is, en waar liberté, egalité, en fraternité slechts voor degene is die zich aan de seculaire lijn houden.

Vrouwen die worden gedwongen om lessen over de waarden van het Franse burgerschap bij te wonen zullen vermoedelijk over een ideologie moeten worden onderwezen die minachting over godsdienst onderwijst; dat de Franse kijk op de waardigheid van de vrouw is om haar te bestempelen als een misdadiger voor haar godsdienstige kleding; en dat vrijheid zich strekt tot het recht om vrouwen door pornografie en prostitutie te exploiteren maar niet tot het recht voor een vrouw om haar godsdienstige overtuigingen vrij van kwelling te volgen. De verdedigers van het niqaab verbod komen met de argumenten dat de sluier vrouwen uitsluit van het openbare leven – de ironie is dat de beledigingen, benadeling, en verboden tegen de kleding dat juist hebben bereikt; opsluiting van vrouwen in hun huizen.

De rechtvaardigingen voor het verbod zijn belachelijk. Zij bestempelen de Moslimvrouw als misdadiger om haar te bevrijden; strip haar van haar rechten om zo haar vrijheid van keuze te beveiligen; brandmerk haar om haar te beschermen; en onderwerp haar om haar te bevrijden! De ironie schijnt door het Franse parlement verloren te zijn, dat hoofdzakelijk uit mannen bestaat, dat de Moslimvrouwen dicteert hoe zij zich NIET moeten zouden kleden en het bevelen van hoe te denken door te dreigen met boetes is de hoogte van mannelijk patriarchaat – vanwaar de bevoegdheid voor hiervoor? De Moslimvrouwen hebben geen lessen in ‘vrouwelijke waardigheid’ van seculaire staten nodig die topless stranden prijzen en de vrijheid van promiscuïteit waarborgen terwijl het de mode van bescheidenheid verbant. Noch hebben zij lezingen over de onderwerping van vrouwen nodig door vertegenwoordigers van een systeem dat vrijheid aan objectivering van vrouwen op catwalks geeft, en door middel van pornografie en de prostitutie maar labelt als verouderd, het geloof van de eer van een vrouw als zijnde heilig.

Als de Franse overheid de fakkeldrager voor de waardigheid van vrouwen wilde zijn, waarom benoemt het dan geen commissies die de degraderende invloed onderzoeken die de prostitutie, lapdans clubs en de pornografie industrie op de waardigheid van alle vrouwen binnen de maatschappij heeft – welke allen vrije baan hebben in Frankrijk en andere kapitalistische liberale staten onder de mom van de vrijheid van meningsuiting en gedreven door het eigenbelang. Voorzeker, zij die een oprechte zorg over de rechten van vrouwen hebben, die opstaan voor debatten tegen deze vormen van degraderen, ontmenselijken, en devalueren van vrouwen zou een grotere druk moeten hebben dan een handvol Moslimvrouwen dat hun gezichten bedekt uit godsdienstige toewijding en bescheidenheid.

Dit racistische, verdeeldheid zaaiende stuk van de wetgeving zal niet anders doen dan als brandstof werken voor de brand van rassenspanningen tussen de gemeenschappen. De Franse politici hebben politiek gespeeld met hun gemeenschappen, die in racistisch anti-Islamitisch retoriek en beleid concurreren om gunstig uit te vallen tussen de toenemende uiterst rechtse kiezers binnen de bevolking, ongeacht het nadeel voor de maatschappij. Het toont aan dat de seculaire politiek geen bezwaar heeft in het stigmatiseren, en het ranselen van waanzin en hysterie over zijn godsdienstige minderheden of het inspelen op irrationele vrees betreffende Islam en de Moslims om een paar extra stemmen te bemachtigen. De moordlustige opportunistische aard van de seculaire politiek is voor iedereen duidelijk waar te nemen, waar het aansporen tot het duperen van een gemeenschap aanvaardbaar is als hulpmiddel om een paar racistische stemmen te winnen en waar de politici meer dan bereid schijnen te zijn om de Moslimvrouw als politiek voer te gebruiken om hun openbare rangschikking te voeden. De vervreemding van Moslims en een verdeelde maatschappij schijnen aanvaardbare collaterale schade te zijn om politieke vooruitgang te krijgen.

Dit ‘‘sluier debat’’ heeft het falen van de seculaire staten in het tot stand brengen van harmonisch samenhangende maatschappijen waar iedereen zich gelijk gerespecteerd voelt blootgesteld. Het discriminerende overheidsbeleid en de goedkope seculaire politiek die gewetenloos vreemdelingenhaat exploiteert voor politieke ambitie hebben de vlammen van racisme en fascisme aangewakkerd en de spanningen tussen gemeenschappen opgestookt. Het heeft munitie voor de uiterst rechtse groepen met anti-immigranten agenda’s verstrekt die raciaal gemotiveerd misbruik verhogen. Het dweepzieke vitriool werd een platform gegeven, onderhouden, en werd getolereerd onder de paraplu van het versterken van de nationale identiteit. Het is dit alles dat gemeenschappen dupeert en verdeelt – niet de kleding van vrouwen. De afkeer van het secularisme aan godsdienstig pluralisme heeft een milieu gevoed waar de rassenhaat heeft opgebloeid.

De afgedwongen niqab-verboden in Frankrijk en België en ook het debat in andere Westerse seculaire staten zoals Spanje, Canada, Australië, Denemarken, Zweden en Nederland hebben het falen van het seculair liberalisme blootgesteld om een dak te bieden aan de rechten van zijn godsdienstige minderheden. Wetten die de minderheid tot doelwit maakt zijn gebaseerd op het vooroordeel van de meerderheid. Terwijl het secularisme vrijheid aanneemt en claimt de Moslimvrouwen van het leven van onderdrukking te bevrijden, heeft het hen in werkelijkheid op ware autoritaire manier behandeld, door godsdienstige onverdraagzaamheid te legaliseren en door hen te dwingen af te zien van hun godsdienstige overtuigingen in ruil voor de toegang tot de basisrechten van de mens. Niet langer kan het voor de verdedigers van de ideologie aanvaardbaar zijn om de universaliteit en neutraliteit te claimen in het garant stellen van de rechten voor allen. Dus, hoewel het debat in het Westen de nadruk legt op de Islamitische kleding en of het voor de Westerse seculaire maatschappijen geschikt is of niet, is het eigenlijke te voeren debat of het secularisme, dat op zoveel fronten faalt, geschikt is om als het beste systeem te worden geïdealiseerd, om de maatschappij mee te organiseren.

Deze niqab-verboden zijn eenvoudig wanhopige acties die door wanhopige overheden worden gevoerd om de groei van Moslimvrouwen die Westerse liberalisme verwerpen en Islam adopteren als hun geestelijke, sociale, en politieke weg in het leven af te remmen. Het is een poging tot gedwongen seculaire omvorming – de Moslimvrouwen dwingend om hun Islamitische waarden in ruil voor de Westerse te verlaten. Het idee, van het stijgende aantal vrouwen dat de Westerse droom heeft geleefd, die de vruchten van Westerse liberalisme hebben geproefd en door zijn idealen onovertuigd waren en nu naar Islam keren, schijnt een te hevig concept te zijn voor de magen van hardnekkige seculaire politici. Zoals Andre Gerin, de voorzitter van de Franse niqab-commissie zei ‘‘de burqa is het puntje van de ijsberg ….. Islamisme bedreigt ons werkelijk“. Uiteindelijk, symboliseert het verbannen van godsdienstige kledingscodes door Westerse overheden het verzuimen om Moslimvrouwen intellectueel te overtuigen van de superioriteit van de seculaire liberale waarden. Het spreekt boekdelen over de intellectuele breekbaarheid van elke ideologie die de treiter en angst tactieken moet gebruiken in plaats van de kracht van argumenten om de individuen te overtuigen om zijn waarden te omhelzen.

Dus terwijl vele Franse en Westerse politici de hijab en niqab hebben geëtiketteerd als ‘symbolen van onderdrukking’ zijn deze sluierverboden ook een symbool. Zij zijn een ‘symbool van een zwakke ideologie’ dat zijn toevlucht moet nemen tot de kracht van de wet eerder dan naar de kracht van argumenten om te overtuigen en een ‘symbool van de ontsierde en falende ideologie van secularisme’, waarvan de loyale verdedigers politiek voeren over de kleren van vrouwen in plaats van een serieus debat aan te gaan over de ware oorzaken van de onderdrukking van vrouwen – inclusief de schadelijke impact van de liberale cultuur op het leven en respect van vrouwen.

In dit meer en meer intense klimaat van vrees dat rond Moslimgemeenschappen in het Westen wordt geproduceerd, dat hen dwingt tot het verlaten van hun Islamitische waarden in ruil voor de Westerse, is het van essentieel belang dat we als Moslimvrouwen stevig aan onze Islamitische overtuigingen blijven vasthouden. Wij zouden de belofte van onze Schepper (swt) moeten herinneren over de beloningen die wachten op degene die geduldig zijn en vast houden aan hun dien in tijden van ongeluk en moeilijkheden. Allah (swt) zegt,

إِنَّ الَّذِينَ قَالُوا رَبُّنَا اللَّهُ ثُمَّ اسْتَقَامُوا فَلَا خَوْفٌ عَلَيْهِمْ وَلَا هُمْ يَحْزَنُونَ

أُولَٰئِكَ أَصْحَابُ الْجَنَّةِ خَالِدِينَ فِيهَا جَزَاءً بِمَا كَانُوا يَعْمَلُونَ

‘‘Voorwaar, zij, die zeggen: “Onze Heer is (enkel) Allah”, en dan standvastig blijven (op het Islamitische geloof) – over hen zal geen vrees komen, noch zullen zij treuren. Dezen zijn de bewoners van het paradijs: zij zullen daarin vertoeven als beloning voor hetgeen zij plachten te doen.’’ (VBK soera Al-Ahqaf, ayah 13-14)

Nazreen Nawaz

Media vertegenwoordiger Vrouwen Hizb ut Tahrir in Groot-Brittannië

Deel op social media

De officiële meningen van Hizb ut Tahrir zijn die welke zijn opgenomen in verklaringen in naam van de verschillende provinciale bureaus (Wilajaat), de verschillende media bureaus van Hizb ut Tahrir, en de verklaringen van de officiële woordvoerders en media vertegenwoordigers van Hizb ut Tahrir. Enige andere verklaring, zelfs als deze gepubliceerd is op officiële websites of in magazines, is de mening van de auteurs van de artikelen en niet de van Hizb ut Tahrir. Toestemming is gegeven om alles wat gepubliceerd is door Hizb ut Tahrir of de websites van Hizb ut Tahrir te kopiëren, citeren of publiceren, op voorwaarde dat het citaat trouw blijft aan de betekenis, zonder selectieve citaten welke de betekenis vervormen of welke een onjuiste interpretatie portretteren, en op voorwaarde dat het citaat wordt toegeschreven aan de bron.

Hizb ut Tahrir | Nederland